zaterdag 18 februari 2017

Verhaal van Anne: Week tegen Pesten.


 Ga naar de site a-typist


Lees mee met het verhaal van Anne, 28 jaar. Zij is een bijzondere dame met chronische migraine. Een ondernemer met een eigen bedrijf die daarbij ook nog eens autisme heeft, maar toch zo dapper is om zelfstandig te worden! Zij deelde verleden jaar met de Week tegen Pesten haar verhaal op Facebook. Ik mocht dit van haar vandaag terug in de kijker zetten. Ikzelf herken er zinnen in die ik zelf ook in mijn eigen levensverhaal zou kunnen plaatsen… Spijtig, dat net zulke verhalen zo herkenbaar zijn voor veel mensen! Want ook buitensluiting is een vorm van pesten!

Op haar eigen blog: http://a-typist.nl vind je veel van haar terug. Maar deze zin zal me zeker bijblijven:

 ‘Anne is een soort Dreft: een klein beetje van haar heeft een groot effect.’ 


 Ga naar haar site a-typist.


“Afgelopen week was de Week tegen Pesten. Of zoiets helpt? Joost mag het weten. Maar
wat mij betreft is het goed als er eens per jaar extra aandacht voor is. Daarom schrijf ik ook mijn persoonlijke ervaring op. Voor iedereen die er misschien herkenning of hoop in vindt, voor jezelf of je kinderen.

Hoe ik precies gepest werd kan ik je nog steeds niet vertellen. Ik werd niet geslagen of geschopt en ik werd ook nauwelijks uitgescholden (met uitzondering van de gymles). Ik heb er zelfs weleens aan getwijfeld of ik wel echt gepest werd. Lag het niet aan mijn interpretatie daarvan? Ik ben per slot van rekening door autisme wat minder vaardig in het interpreteren van sociale signalen...

Van het pesten op de basisschool herinner ik me weinig. Misschien verdrongen. Ik weet wel dat het gebeurde en wie het deden. Ik weigerde mijn vriendschap met het pispaaltje van de klas op te geven en werd er daardoor zelf één. Ik kan me nog herinneren dat ik naar de meester stapte om te vertellen dat het meisje dat tegenover me zat me pestte en dat ik niet meer tegenover haar wilde zitten. Toen ik 's middags op school kwam, waren alle zitplekken in de klas veranderd. Ik kan me de knipoog van de meester mijn kant op nog voor me zien: hij had het probleem opgelost zonder de aandacht op mij te leggen. Wat was ik hem dankbaar.

Ik kwam redelijk onzeker van mijn sociale prestaties aan op de middelbare school. Maar... ik had geen oude klasgenoten in mijn nieuwe klas en ik was vastberaden om helemaal opnieuw te beginnen. Twee jaar lang ging dat goed. Dat ik bevriend raakte met wat populaire meiden heeft me vast beschermd.

(Geen persoonlijke foto van Anne, maar wel een herkenbare emotie...)


In de derde klas ging het mis: het vriendengroepje dat ik opbouwde, keerde zich tegen me. Fluisterend werd achter mijn rug besloten dat ik niet mee mocht naar een pretpark. Roddels (die uiteraard niet klopten), zorgden ervoor dat ze dat hele jaar laag mij buitensloten.

Dat kind dat in haar eentje door de gangen zwierf tijdens de pauzes, dat was ik.

Toen mijn mentor van de vierde klas vroeg of ik zin had in het komende schooljaar, zei ik stellig: 'Nee. Ik heb zin om nieuwe dingen te leren, maar niet in de klas waar ik nu in zit.' Ik had niemand meer. Toen ik me probeerde aan te sluiten bij een groepje, werd er gezegd: 'Oh, dus wij krijgen het afdankertje erbij.' Ach, het maakte mijn positie in de groep wel duidelijk. Die kon niet slechter zeg maar.

Inmiddels had ik een sociale angststoornis ontwikkeld, waarvoor ik naar een psycholoog ging. Ik was bang geworden voor contact. Om afgewezen te worden. Ik ontdekte dat mensen andere bedoelingen konden hebben dan ze voordeden.
Vriendschappen betekenden niks, want misschien deden ze maar alsof ze me aardig vonden, om me achter mijn rug belachelijk te maken.

De universiteit zag ik niet meer als een kans om opnieuw te beginnen, maar meer als een plek waar ik opnieuw buiten de groep zou gaan vallen. Het tegenovergestelde gebeurde. Met de steun van een groepje vriendinnen kon ik beginnen aan het herstellen van wat er op school mis was gegaan en kon ik door middel van goede ervaringen weer vertrouwen opdoen.

De diagnose sociale angststoornis zou ik nu niet meer krijgen. Ik ben blij dat ik daar overheen gekomen ben. Maar de gedachten zitten diep in mij geworteld. Als er iets misgaat in contact is dat in mijn hoofd standaard mijn schuld. Als iemand even geen contact opneemt, geloof ik dat het is doordat diegene mij niet meer aardig vindt. Doordat ik me daarvan bewust ben, kan ik die gedachten steeds vaker bijsturen, maar het pesten zal altijd onderdeel blijven van wie ik ben geworden. Of dat een slecht of goed gegeven is valt te betwisten. :) "


Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Deel je gedachten over deze blog , jouw mening is altijd welkom!